Hydraulische klepbeweging van Meier Mattern

Door werkspoor ontworpen en gebouwde kleppenmachines vind de kleppen beweging niet door mechanisch maar hydraulische plaats.
En wel door middel van olie en oliedruk, volgens het systeem van Meier Mattern zie plaat.

De klep O is door de kleppenstang N verbonden aan de passieve zuiger J in de cilinder H. De ruimte in de cilinder onder de passieve zuiger, staat door een leiding K in verbinding met die boven de actieve zuiger T van een cilinder P, waarin zich de actieve zuiger op en neer kan bewegen. De beide cilinders zijn geheel met olie gevuld. Beweegt de actieve zuiger zich naar boven, dan beweegt dus ook de passieve zuiger zich naar boven, terwijl een veer E op de passieve zuiger er voor zorgt, dat deze zuiger met zijn ondervlak steeds op de vloeistof blijft rusten. Bij de opgaande slag van de actieve zuiger verkeert de vloeistof dient ten gevolgen ook onder een zekere druk. Omdat de vloeistof niet samen drukbaar is, zijn de verplaatsingen van beide zuigers omgekeerd evenredig met hun oppervlakten.

De actieve zuiger ontleent zijn beweging aan een excentriek AA op de krukas; de zuiger X dient als geleidezuiger voor de actieve zuiger.
Het bewegen van de passieve zuiger en daarmede van de stoomklep zal bij iedere zuigerslag steeds op hetzelfde tijdstip moeten beginnen en bovendien zal de beweging steeds dezelfde moeten zijn. Daar toe dient er bij het begin van iedere slag een constant volume vloeistof boven de actieve zuiger aanwezig te zijn. Om dit te bereiken, is de cilinderwand van de actieve zuiger voorzien van een aantal openingen R, die door een leiding L in verbinding staan met het vereffeningvat F.
Het deksel op dit vat is doorboord, Zodat de vloeistof, waarmee dit vat gedeeltelijk is gevuld, onder atmosferische spanning verkeert.
Bij elke neergaande slag van de actieve zuiger opent deze zuiger een ogenblik de openingen R, waardoor vloeistof uit het vereffeningvat in de cilinder kan stromen en waardoor verlies aan vloeistof, als gevolg van onvermijdelijke lekkage, wordt aangevuld. Wordt het aanvankelijke volume van de vloeistof als gevolg van temperatuur verhoging groter, dan zal het vereffeningvat het teveel aan vloeistof opnemen. De stoomklep licht dus pas, wanneer de actieve zuiger met zijn bovenkant de openingen R sluit.

 

Deze princiepen wordt ook bij 1 type machines van werkspoor toegepast die op eerste pagina werd besproken, daar is de klep met enkel zitting, wat bij de meeste andere stoommachines met twee is toegepast. (dubbele zitting) ook bij de 252 is een dubbelen zitting gebruikt.

 
 

 

 

naar indicateur